Betaal jij straks per kilometer? Dit zeggen de politieke partijen over rekeningrijden bij de verkiezingen 2025

In dit artikel:

Op 29 oktober zijn er verkiezingen en partijen verschillen sterk over rekeningrijden — betalen per kilometer in plaats van de huidige vaste belastingen zoals motorrijtuigenbelasting (MRB) en BPM. De discussie speelt vooral omdat elektrische auto’s groeien en accijnzen op brandstof dalen, waardoor de traditionele inkomstenbronnen veranderen.

Wat partijen willen
- Voorstanders (D66, GroenLinks-PvdA, Volt, ChristenUnie) zien betalen naar gebruik als eerlijker en milieuvriendelijker. Zij pleiten voor tarieven die rekening houden met CO₂-uitstoot, tijdstip en locatie, met lagere kosten buiten stedelijke gebieden. Opbrengsten moeten volgens sommige partijen naar wegonderhoud en -uitbreiding of worden ingezet om vervuiling en files te verminderen. Volt wil daarnaast dat zwaardere en vervuilendere voertuigen meer bijdragen.
- Tegenstanders (PVV, FvD, DENK, JA21) verwerpen rekeningrijden als een extra belasting en willen juist lagere accijnzen en meer vrijheid voor automobilisten. VVD, NSC en BBB — onderdeel van de coalitie die in 2024 plannen voor rekeningrijden liet vallen — herhalen bezwaren over kosten, complexiteit en uitlegbaarheid. De SP noemt het onrechtvaardig; SGP wijst op privacy- en uitvoeringsrisico’s.

Geen of terughoudende posities
- CDA noemt rekeningrijden niet in het huidige programma en legt de focus op infrastructuur, veiligheid en bereikbaarheid, met eerder terughoudende opstelling tegenover een kilometerheffing.
- Partij voor de Dieren adresseert het onderwerp niet concreet, hoewel zij wel pleit voor beprijzen van vervuiling en stimulering van duurzame mobiliteit.

Waarom dit er toe doet
Rekeningrijden raakt aan rechtvaardigheid, klimaatbeleid, bereikbaarheid en vertrouwen in de overheid. Voorstanders zeggen dat betalen naar gebruik eerlijker kan zijn als het bestaande lasten vervangt; tegenstanders vrezen dat het een nieuwe inkomstenbron wordt bovenop bestaande heffingen, met administratieve lasten en privacyzorgen. Hoewel het voorstel in 2024 werd geschorst, is het waarschijnlijk dat de kwestie opnieuw op de politieke agenda komt in de volgende kabinetsperiode. Voor automobilisten kan dit op termijn betekenen dat hun mobiele gedrag (waar, wanneer en hoeveel ze rijden) direct invloed krijgt op wat ze betalen.