Brengen zorgen over Chinese auto's de VS en Europa dichterbij?

In dit artikel:

In het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden is recent tijdens een hoorzitting grote bezorgdheid geuit over de snelle opkomst van Chinese auto’s. Een speciale commissie waarschuwde voor zowel economische als veiligheidsrisico’s: Chinese fabrikanten krijgen sterke staatssteun, mikken op lange-termijnmarktdominantie en hoeven niet per se winstgevend te zijn, wat Westerse producenten onder druk zet.

Economisch is de schaal indrukwekkend: de Chinese autoverkoop voor export steeg sinds 2021 van circa 750.000 naar bijna 7 miljoen per jaar op een wereldmarkt van ongeveer 70–75 miljoen voertuigen. Voor de VS, waar de auto-industrie symbool staat voor werkgelegenheid en de middenklasse, is dat zorgwekkend. Daarnaast neemt afhankelijkheid van Chinese toeleveranciers — vooral batterijen — toe, wat strategische kwetsbaarheden creëert.

Ook veiligheidszorgen spelen mee: moderne auto’s bevatten uitgebreide elektronica en verzamelen veel data; veel componenten en software komen uit China, wat potentiële mogelijkheden voor spionage of sabotage schept. In het Huis is er sprake van bipartijnse eensgezindheid en voorstellen om in te grijpen, zoals de Vehicle Connectivity Rule en het wetsvoorstel ‘No Chinese Car Act’, liggen klaar.

Europa raakt direct betrokken: Duitse autofabrikanten zien afzet in China dalen en de Europese industrie krijgt concurrentiedruk door de Chinese export. De VS roept op tot nauwere samenwerking met Europa, Japan en Zuid-Korea om gezamenlijke tegenmaatregelen te ontwikkelen en de westerse industrie en veiligheidsbelangen te beschermen.