CEO Ford: 'Chinese automerken kunnen ons allemaal wegvagen'

In dit artikel:

Ford-topman Jim Farley waarschuwt dat de opmars van Chinese autofabrikanten een veel grotere bedreiging vormt dan de Japanse concurrentie van de jaren tachtig. In een recent interview bij CBS Sunday Morning zei hij dat de situatie vergelijkbaar is, maar dan veel sterker — China heeft volgens hem de productiecapaciteit om in theorie de hele Noord‑Amerikaanse markt te bedienen, waardoor westerse merken in de problemen kunnen komen.

Chinese merken zoals BYD, Nio en Xpeng zetten vooral in op elektrische auto's en hebben op dat terrein flinke technologische voorsprong opgebouwd, vaak gecombineerd met scherpe prijzen. Dat past goed bij het Europese beleid dat sterk naar EV’s verschuift; gevestigde fabrikanten moeten intussen omgaan met een mix van aandrijflijnen. Bovendien zijn bekende Europese namen inmiddels (deels) Chinees eigendom: Volvo, Polestar, Lotus, Smart en MG worden al door Chinese belangen bepaald.

Om het concurrentieveld beter te begrijpen rijdt Farley zelf een Xiaomi SU7 en is onder de indruk van de digitale beleving aan boord. De reactie van traditionele concerns varieert: sommige kiezen voor eigen versnelde ontwikkeling, anderen zoeken samenwerking — zo werkt Stellantis samen met Leapmotor, dat recent de B10 in Europa bracht.

Kern: Chinese spelers combineren schaal, focus op EV‑techniek en concurrerende prijzen, wat bestaande autofabrikanten dwingt sneller te innoveren, strategische allianties te sluiten of marktaandeel te riskeren.