Deze dikke sportsedan mag nog even blijven

In dit artikel:

Lexus houdt de IS in Noord-Amerika levend met een lichte facelift van de nieuwste generatie, terwijl Europa al jaren afscheid nam van de sportieve sedan toen die daar volledig hybride werd. Historisch was de IS een geduchte rivaal van Audi, BMW en Mercedes (hoogtepunt: de V8‑IS‑F uit 2008), maar in Europa kreeg de lijn later een soberder, hybride karakter. In de VS daarentegen is de IS nog steeds verkrijgbaar en is die nu opgefrist.

Visueel zijn het vooral details: een iets compactere, hertekende spindle-grille die beter aansluit op de LED-koplampen, een aangepaste bumper en achterop de naam in letters in plaats van alleen een logo. Het F Sport‑pakket toont 19‑inch velgen, een grotere spoiler en JDM‑achtige rode remklauwen; acht carrosseriekleuren zijn beschikbaar, waaronder Neutrino Gray.

Binnen is een van de grootste verbeteringen de verwijdering van het onhandige touchpad. Lexus monteert nu twee 12,3‑inch schermen met de infotainment‑unit lager geplaatst en teruggekeerde fysieke knoppen voor klimaatbediening, wat de gebruiksvriendelijkheid vergroot. Technisch kreeg de IS een elektrisch stuursysteem met variabele overbrenging en vernieuwde adaptieve dempers voor meer precisie en comfort.

Motorisch blijft het bij bekende componenten: de IS 300h houdt de 2,5‑liter hybride (217 pk), de IS 350 de atmosferische 3,5‑liter V6 (314 pk). Voor Europese kopers is deze facelift nauwelijks relevant; hier zet Lexus juist in op compacte crossovers zoals de LBX. In Noord‑Amerika blijft de opgefriste IS echter een aantrekkelijk, traditioneel alternatief tussen de moderne Duitse sportlimousines.