EU deelt weer honderden miljoenen subsidie uit voor EV's en waterstof

In dit artikel:

De EU heeft in de nieuwste toekenningronde van het AFIF‑programma 600 miljoen euro verdeeld om laadinfrastructuur en alternatieve brandstofvoorzieningen te stimuleren; sinds 2021 is er al ongeveer 2,5 miljard naar gelijksoortige projecten gegaan. Het doel is het terugdringen van CO2-uitstoot door Europa te “decarboniseren”, daarom worden grote investeringen gepland in oplaad- en tankinfrastructuur.

Concreet staan projecten gepland voor: meer dan 1.000 publieke 150 kW‑laadpunten voor personen- en bestelauto’s; circa 2.000 laadpunten van 350 kW voor zware trucks en bussen; 586 zogenaamde megawattladers van 1 MW voor zwaardere vrachtwagens; en de bouw van 38 waterstoftankstations. Daarnaast komt er capaciteit in havens voor shore power zodat schepen hun dieselgeneratoren kunnen uitzetten, en wordt beoogd grondvoertuigen op vliegvelden te elektrificeren.

In deze ronde zijn 70 projecten geselecteerd; onder de ontvangers zitten zowel grote bedrijven (bijv. British Petroleum kreeg circa €7,4 miljoen voor laadpunten in Duitsland) als lokale partijen in Nederland. Nederland profiteert relatief veel: ongeveer €180 miljoen van de €600 miljoen gaat naar Nederlandse projecten, met onder meer initiatieven rond Rotterdam en financiering voor GVB‑projecten voor veerponten over het IJ.

De oorspronkelijke tekst voert een flinke dosis cynisme aan over politieke voorkeuren, vermeend misbruik van belastinggeld en de verdeling van subsidies; feitelijk laat de maatregel zien dat Brussel stevig blijft investeren in laadinfrastructuur en alternatieve brandstoffen om de energietransitie te versnellen.