EV-vlaggenschip 'kan terug naar ICE' door tegenvallende vraag
In dit artikel:
Hoewel elektrische voertuigen (EV) steeds meer de toekomst lijken, worstelen autofabrikanten nog altijd met de balans tussen elektrische en verbrandingsmotoren. Ondanks ambitieuze plannen om sommige modellen volledig elektrisch te maken, blijken er nog flinke aantallen benzineauto’s gewild te blijven. Dit zet merken onder druk om hun strategie te heroverwegen.
Stellantis, een groot concern met diverse automerken, illustreert deze uitdaging. Modellen als de Jeep Avenger en Citroën ë-C4 kregen naast hun elektrische variant al snel ook benzine- of hybrideversies vanwege terughoudendheid van consumenten. Bij de Dodge Charger werd aanvankelijk ingezet op een baanbrekende EV, maar nu wint een benzinemotor weer terrein. Ook de Fiat 500e, aanvankelijk volledig elektrisch, krijgt binnenkort een hybride uitvoering wegens tegenvallende vraag.
Het nieuwste voorbeeld is de DS N°8, een premium elektrische crossover van Citroën’s submerk DS, ontworpen om het merk toekomstbestendig te maken met uitsluitend een EV-versie en een indrukwekkende actieradius van 750 kilometer. Toch houdt productplanner Cyprien Laurentie een hybride variant als optie open, voor het geval de elektrische versie niet aan de verwachtingen voldoet. Omdat de DS N°8 het platform deelt met andere Stellantis-crossovers die wel benzine- en hybridevarianten hebben, kan zo'n uitbreiding relatief eenvoudig worden doorgevoerd. Laurentie benadrukt dat men de verkoopresultaten nauwlettend volgt om te bepalen of een benzine-variant noodzakelijk wordt.
Deze situatie toont de moeilijke overgangsfase in de autosector, waarin innovatieve elektrische modellen geconfronteerd worden met aanhoudende marktvragen en klantbehoeften, waardoor sommige fabrikanten alsnog terugvallen op traditionele aandrijflijnen om commerciële risico’s te beperken.