Familie Lantinga koestert de witte Peugeot 504 Cabriolet al sinds de aanschaf in 1972

zaterdag, 7 juni 2025 (12:18) - AutoWeek

In dit artikel:

De Peugeot 504 Cabriolet geldt als een van de mooiste creaties van Peugeot en heeft een bijzondere plek in de familie Lantinga, die de witte 504 sinds 1972 koestert. Dit exemplaar, uniek vanwege zijn tweeliter injectiemotor met een zeldzame drietraps ZF-automaat die vanaf 1973 niet meer in deze cabriolet werd geleverd, werd door drie generaties binnen dezelfde familie onderhouden en gekoesterd. De 504, geïntroduceerd in 1968 als opvolger van de 404, groeide uit tot het succesvolste Peugeot-model ooit met ruim 3,7 miljoen geproduceerde exemplaren verspreid over meer dan twintig landen, waaronder Frankrijk, Kenia en Argentinië. Zelfs in 2007 stonden er nog splinternieuwe 504’s in Kenia, waar hij bekendstond als de ‘King of the African road’.

De Cabriolet, dankzij Pininfarina ontworpen en deels in Turijn gebouwd, bleef met slechts 8.185 geproduceerde exemplaren zeldzamer dan de veelvuldiger geleverde vierdeurs sedan en stationwagonversies. De bijzondere oorsprong en de kwetsbaarheid van de carrosserie door toen nog beperkte roestpreventie maakten de overlevenden zeldzaam. Theo Lantinga, huidige eigenaar, benadrukt het comfort en karakter van de auto, ondanks de onderhoudsgevoeligheid en de technische uitdagingen zoals de kwetsbare koeling die hij met eigen aanpassingen verbeterde. Het onderhoud van de Cabriolet gebeurt grotendeels door Theo zelf, ondersteund door de Peugeot Club Nederland voor onderdelen.

De 504 Cabriolet vormde een belangrijk onderdeel van het autoleven van de familie: Jan Lantinga kocht hem als dagelijkse auto in de jaren zeventig, wisselend met een coupé, en ook Theo maakte er lange reiscijfers mee, met tochten door Europa en vooral Frankrijk, waar de auto veel bewondering oogst. Het waardebehoud en familielidmaatschap zijn zo sterk dat de Cabriolet klaarstaat voor een toekomstige vierde generatie Lantinga.

Technisch gezien was de 504 Cabriolet gebaseerd op een ingekorte bodemplaat van de sedan, met onafhankelijke wielophanging en schijfremmen rondom, en initieel een 1.8-liter injectiemotor van 97 pk, later opgevoerd naar 101 pk en 2.0 liter cilinderinhoud voor meer koppel. De auto behaalde een topsnelheid van circa 170 km/h. Diverse facelifts tussen 1974 en begin jaren tachtig brachten wijzigingen in verlichting, interieur, motoropties (waaronder een V6 PRV-motor) en veiligheid, tot de productie van de Cabriolet in 1982 stopte. Pas in 1997 bracht Peugeot met de 406 Coupé weer een fors tweedeursmodel, maar een directe opvolger voor de grote cabriolet ontbreekt tot op heden.