Hierom worden auto's in 2026 nog duurder

In dit artikel:

De prijzen voor autorijden in Nederland stijgen verder: vanaf 2026 worden niet alleen boetes en benzine duurder, ook de aanschafprijs van nieuwe auto’s loopt op. Twee hoofdoorzaken bepalen de hogere kosten: aanpassingen in de BPM en de invoering van de Euro 7-emissienorm.

BPM: de Belasting van Personenauto’s en Motorrijwielen wordt berekend aan de hand van CO2-uitstoot. Omdat het wagenpark steeds schoner wordt, past de overheid de schijfgrenzen en tarieven aan om de opbrengst op peil te houden. Voor 2026–2028 geldt een reeks kleine, gestage wijzigingen:
- 2026: schijfgrenzen -1,55%, tarieven +1,57%
- 2027: schijfgrenzen -1,46%, tarieven +1,48%
- 2028: schijfgrenzen -1,38%, tarieven +1,40%
Elektrische auto’s hebben geen CO2-uitstoot in de standaardberekening; er geldt een vast BPM-bedrag van €667 bij aanschaf, ongeacht grootte of vermogen.

Euro 7: deze opvolger van Euro 6 treedt in werking op 29 november 2026 voor nieuwe personenauto’s en lichte bedrijfswagens. Euro 7 gaat veel verder dan uitlaatgassen: ook verdampingsemissies (bijvoorbeeld benzinedampen) en slijtage-emissies van remmen en banden vallen onder de norm. Fabrikanten moeten voertuigen zodanig ontwerpen dat ze gedurende de levensduur (tot 200.000 km of 10 jaar) aan de eisen blijven voldoen. Dat vraagt extra filters, sensoren, betere afdichtingen en aanpassingen om band- en remslijtage te beperken — kosten die doorgaans aan kopers worden doorberekend.

Kortom: beleid en strengere milieuregels maken nieuwe auto’s duurder, doordat zowel fiscale aanpassingen als technische maatregelen de kostprijs opdrijven.