Hoe de Renault Mégane een merk binnen een merk was
In dit artikel:
In 1995 introduceerde Renault de Mégane als opvolger van de Renault 19, waarmee het merk een belangrijke transitie maakte van hoekig naar rond design en van cijfers naar namen. Het model markeerde een nieuw tijdperk voor Renault, met een fris Europees uiterlijk ontworpen door Patrick le Quément, gekenmerkt door het opvallende "hazenlipje" dat later werd aangepast tijdens een facelift in 1999. Technisch was de Mégane grotendeels een doorontwikkeling van zijn voorganger, maar het bood wel baanbrekende veiligheidsvoorzieningen, zoals airbags voor bestuurder en passagier en standaard driepuntsgordels op de middelste zitplaats, wat het in zijn segment de titel "Veiligste auto" opleverde.
De marktintroductie in november 1995 begon met een vijfdeurs hatchback gevolgd door een coupé, terwijl de populaire Mégane Scénic een jaar later verscheen. Motorisch was er keuze uit benzinemotoren van 75 tot 115 pk en diverse dieselvarianten, met standaard handgeschakelde versnellingsbakken en optioneel een automaat. De Mégane onderscheidde zich in het competitieve middenklasse-segment met een breed assortiment carrosserievarianten: hatchback, coupé, cabriolet, stationwagon (vanaf 1999) en een sedan, voornamelijk bestemd voor Zuid-Europa en Oost-Europa. Fierce concurrenten waren onder meer de Volkswagen Golf, Opel Astra en Ford Escort, waarbij de Mégane in Nederland al snel een vaste plek in de top drie claimde.
Een opvallende zijsprong was de sportieve Mégane Maxi, een rallyversie met 279 pk die successen behaalde in het WRC en tegenwoordig een gewild collectorsitem is. Na de facelift in 1999, bekend als Phase Deux, werden het uiterlijk en de uitrusting verder verbeterd, waaronder de introductie van krachtigere motoren en meer veiligheidsvoorzieningen.
De Mégane speelde een sleutelrol in Renault's strategie om een breder publiek te bereiken door verschillende carrosserievarianten aan te bieden, waarmee klanten moeiteloos konden wisselen binnen het Mégane-gamma: van sportieve coupés en cabriolets tot gezinsvriendelijke hatchbacks en stationwagons. In Nederland zijn er nog duizenden exemplaren in omloop, met name cabriolets en Scénic-modellen vormen de meeste overlevenden.
Al met al markeert de Renault Mégane uit 1995 het begin van een vernieuwde filosofie bij Renault, met een sterke nadruk op design, veelzijdigheid en veiligheid, aspecten die het model tot een iconische middenklasser maakten die zijn naam nog altijd eert in de huidige generaties.