Huub moest kiezen tussen een teckel en een Jaguar. Ze kwamen er allebei
In dit artikel:
Jaren geleden restaureerde de eigenaar een Bentley uit 1936, maar na verkoop daarvan zocht hij een nieuw project. Terwijl zijn vrouw graag een tweede teckel wilde, koos hij uiteindelijk voor een compromis: zij kreeg een hondenmaatje erbij en hij kocht een klassieke Jaguar drophead coupé uit Heerlen. De auto, oorspronkelijk bedoeld voor de Amerikaanse markt, had geen interieur en was qua lak sterk toe aan opknapwerk. Met ervaring van zijn eerdere restauratie bouwde hij zelf het interieur in, waarbij hij stoelen opnieuw bekleedde, nieuwe deurpanelen plaatste en een deels ontbrekend dashboard compleet maakte, inclusief een zwart stuur dat hij apart hield voor authenticiteit.
De Jaguar is uitgerust met een 3,4-liter zescilindermotor met twee carburateurs en levert ongeveer 220 pk. Hij beschikt over een extra elektrische ventilator die via een schakelaar op het dashboard aan- en uitgezet kan worden voor extra koeling, een eigenschap die typisch is voor modellen die naar Amerika werden geëxporteerd. Verder is er door een vorige eigenaar elektronische ontsteking ingebouwd, wat het starten vergemakkelijkt. Dankzij een temperatuursensor schakelt de elektrische hulpstarter automatisch in bij koude motor, waardoor het opstarten soepel verloopt. Ondanks dat de lak nog niet perfect is, functioneert de auto uitstekend en geeft hij rijplezier.