'Ik vrees dat zij de wereld kunnen domineren' - voormalig Suzuki-ingenieur maakt zich zorgen
In dit artikel:
In Hamamatsu (prefectuur Shizuoka) draait een uniek demontagecentrum waar auto‑bouwers en toeleveranciers complete elektrische auto’s uit China, de VS, Duitsland, Japan en Zuid‑Korea stuk voor stuk uit elkaar halen om onderdelen en productiemethoden te bestuderen. Het instituut, in 2018 opgezet door de stad en prefectuur, biedt vooral kleine en middelgrote leveranciers tegen een symbolisch bedrag de mogelijkheid onderdelen te lenen en twee weken intensief te analyseren; meer dan 500 bedrijven maakten al gebruik van de faciliteit en er zijn zo’n twintig prototypeprojecten uit voortgekomen.
Voormalig Suzuki‑ingenieur Eiji Mochizuki, die het centrum leidt, wijst op de verrassende voorsprong van Chinese fabrikanten. Een concreet voorbeeld is het statorhuis van de elektromotor: westerse spelers gebruiken vaak giettechniek, BYD maakt het via aluminiumextrusie — sneller, goedkoper en compacter, en daardoor zeer geschikt voor massaproductie. Ook zijn controllers en motoren uit China vaak kleiner zonder prestatienadeel.
Mochizuki waarschuwt dat Europese, Japanse en Amerikaanse merken moeite kunnen krijgen als ze vasthouden aan lange ontwikkelcycli en dure productiemethoden. “Ik vrees dat Chinese auto’s de wereld kunnen domineren,” zegt hij. Zijn oproep: leer van Chinese productietechnieken en vertaal die kennis snel naar eigen innovaties om te voorkomen dat de overgang naar elektrisch rijden leidt tot een blijvende achterstand of economische schade.