Kinderen graven in de tuin en stuiten op een Ferrari die een man 4 jaar eerder als 'gestolen' had opgegeven
In dit artikel:
Februari 1978, West Athens (Los Angeles): spelende kinderen stuiten tijdens het graven in een tuin op metaal — wat bleek een volledig begraven sportwagen te zijn. Sheriffs Joe Sabas en Dennis Carroll lieten een graafmachine halen; uit de modder werd een donkergroene Ferrari Dino 246 GTS (bouwjaar 1974) getrokken.
Politieonderzoek bracht aan het licht dat de auto in december 1974 als gestolen was opgegeven door eigenaar Rosendo Cruz, een loodgieter die de Ferrari kort daarvoor als cadeau voor zijn vrouw had gekocht. Cruz had destijds verteld dat de auto na een jubileumdiner bij restaurant The Brown Derby verdwenen was; de verzekering betaalde uit en het dossier werd gesloten. Later bleek echter dat Cruz dieven had ingehuurd om de auto te doen verdwijnen en zo de polisuitkering veilig te stellen — een geval van verzekeringsfraude.
De graflegging was niet onzorgvuldig bedoeld: de daders hadden de Ferrari in plastic en tapijten gewikkeld en luchtinlaten met handdoeken afgesloten om beschadiging tegen te gaan. Toch waren ramen niet goed dichtgemaakt; vocht en aarde hadden hun werk gedaan, en een inspecteur van de verzekeraar constateerde aanzienlijke roest- en erosieschade.
Na de vondst kwam de auto in bezit van Farmers Insurance en stond hij tentoongesteld in een pakhuis, waar bezoekers onderdelen van het wrak meenamen. Later werd de Ferrari geveild en gekocht door ondernemer Brad Howard. Onder leiding van Ferrari-specialist Giuseppe Cappalonga onderging de auto een complete restauratie en rijdt sindsdien weer rond als showauto — met een toepasselijke kentekenplaat: DUG UP.
Het verhaal illustreert hoe een geplande fraude, slordigheden bij het begraven en jarenlange vergetelheid leidden tot een van de meest opvallende autovondsten van de jaren zeventig.