Lancia en Peugeot deelden negentig jaar geleden al onderdelen
In dit artikel:
De nieuwe Lancia Ypsilon oogt aantrekkelijk, maar is wezenlijk een afgeleide van de Peugeot 208: beide komen uit hetzelfde Stellantis-huis, waar platformen en onderdelen massaal worden gedeeld terwijl uiterlijke en interieurverschillen worden benadrukt. Dat de Lancia-branding daardoor moeite heeft met succes, is een hedendaags gegeven — maar de koppeling tussen Peugeot en Lancia gaat veel verder terug.
Rond 1930 ontwierp de Frans-Joodse tandarts Georges Paulin de allereerste wegklapbare hardtop: een éénstuksdak waarmee een coupé snel in een cabriolet veranderde. Hij kreeg een patent, ging werken voor carrosseriebouwer Pourtout en zag zijn systeem in 1934 verschijnen op de Peugeot 401 Eclipse, gevolgd door (kleinseriematige) toepassing op de Peugeot 402 nadat Peugeot in 1935 Paulins patent overnam. Pourtout paste het slimme dak vervolgens ook toe op auto’s van andere merken. Een bekend voorbeeld is de Lancia Belna — de in Frankrijk gebouwde uitvoering van de Lancia Augusta — waarbij Pourtout enkele exemplaren uitrustte met het Paulin-klapdak. Daarmee deelden Peugeot en Lancia, zij het voornamelijk onzichtbare techniek, al bijna een eeuw geleden onderdelen en ideeën.
Technisch gezien was Paulins constructie vrij eenvoudig: een enkel dakdeel met een lange achterzijde, vaak elektrisch bediend, wat in de jaren dertig een opvallende noviteit was. Na een kort opleving in de jaren vijftig (bijvoorbeeld de Ford Fairlane 500 Skyliner) raakte het type jarenlang uit de mode. Pas in de jaren negentig kwam de terugkeer van het inklapbare harde cabriodak, met modellen als de Mercedes SLK — en eerder al een voorloper bij Mitsubishi.
Kortom: de huidige platformdeling binnen Stellantis is geen nieuw verschijnsel; de samenwerking en uitwisseling van technieken tussen Peugeot en Lancia vinden hun oorsprong al in de jaren dertig, toen Paulins vinding toonde hoe grensoverschrijdende innovatie en carrosseriebouw merken kon verbinden.