Nederlandse automobilist, kijk de komende tijd goed naar de vrachtwagensector!
In dit artikel:
De overheid voert vanaf juli 2026 een kilometerheffing in voor alle vrachtauto’s in Nederland; vervoerders – ook buitenlandse – betalen per gereden kilometer. Ter voorbereiding stuurt het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat in september 2025 een brief naar de bedrijven die onder de heffing vallen. Tegelijk verdwijnen de motorrijtuigenbelasting (MRB) en het Eurovignet, zodat de tol het belangrijkste tariefinstrument wordt.
Het tarief is expliciet ontworpen om verduurzaming te stimuleren: elektrische vrachtwagens betalen ongeveer €0,035 per km, dieseltrucks €0,167 per km — bijna vijf keer zo veel. Waterstofvrachtwagens vallen eveneens onder de ‘duurzame’ categorie en komen in aanmerking voor ondersteuning. Wie de heffing ontwijkt riskeert boetes; precieze bedragen zijn nog niet bekend, maar het ministerie zegt zich te laten leiden door praktijken in buurlanden (in België geldt bijvoorbeeld een basisboete van €100 plus extra’s van enkele honderden tot duizend euro afhankelijk van de overtreding).
Om de transitie te verzachten stelt de Rijksoverheid subsidies beschikbaar: transportbedrijven kunnen tot maximaal €115.200 ontvangen voor de aanschaf van een elektrische truck en tot €43.000 voor de aanleg van een openbaar laadplein. Ook financiële steun voor het installeren van eigen laadpunten en andere maatregelen die kilometers of uitstoot verminderen maakt deel uit van het pakket. De staat verwacht zo tot 2030 ongeveer €2 miljard aan opbrengsten uit de heffing te innen.
Tegelijk wordt de dieselaccijns tijdelijk verlaagd: komend jaar blijft er een korting van €0,111 per liter diesel, verlengd tot mogelijk eind 2026/ begin 2027, wat de aanschaf van fossiele trucks nog iets aantrekkelijker maakt in de korte termijn maar ook een extra reden vormt voor bedrijven om op elektrische of waterstofalternatieven over te stappen zodra de korting vervalt.
Analytisch gezien functioneren deze maatregelen als voorbode voor wat autorijders te wachten zou kunnen staan bij een breder ingevoerd rekeningrijden: hogere kilometerprijzen voor voertuigen met fossiele brandstoffen en stimulansen voor elektrisch rijden. De komende jaren zal blijken hoe snel de sector en het wegverkeer zich hieraan aanpassen.