Test: Porsche 911 Turbo S - Heel veel turbodruk, bijna atmosferisch

In dit artikel:

Porsche presenteert met de facelift van de 911 (type 992, modeljaar 2024) een vernieuwde Turbo S die sportiever en sneller is — en voor het eerst een hybride. De Duitser introduceert dit T‑Hybrid-systeem niet om zuinig te zijn maar om de prestaties te verbeteren en de klassieke Turbo‑identiteit te herstellen, nadat eerdere Carrera’s en puristische GT’s de Turbopositie hadden uitgehold.

Techniek: onder de kap ligt een nieuwe 3,6‑liter zescilinder boxermotor gecombineerd met drie elektromotoren. Twee elektrische motoren zitten geïntegreerd in de kleine turbo’s (e‑turbos) waardoor die onmiddellijk draaien en turbovertraging praktisch verdwijnt; een derde elektromotor van 81 pk is in de PDK‑bak geplaatst voor directe aandrijfkracht. Samen leveren ze 711 pk en 800 Nm, goed voor een officiële 0–100 km/u‑sprint van 2,5 seconden (Porsche zegt dat dat in de praktijk soms nog scherper uitpakt). De topsnelheid is 322 km/u. Een kleine 1,9 kWh‑accu laadt deels via regeneratie van de e‑turbos en remmen; Porsche stelt dat de batterij in normaal gebruik nauwelijks leeg raakt.

Rijgedrag: de hybrideopbouw voegt circa 85 kilo toe (totaal ~1.725 kg), maar een nieuw 400V‑systeem maakt systemen als actieve rolstabilisatie en neuslift veel sneller. Vierwielaandrijving, achterasbesturing en adaptieve demping rekenen vaak per seconde bij, wat op circuit en straat een natuurlijk en homogeen rijgevoel oplevert — minder theatraal dan sommige supercars, maar uitzonderlijk trefzeker.

Prijs en concurrentie: in Nederland begint de Turbo S bij €352.300 exclusief opties, die snel oplopen. Daarmee kruist Porsche het pad van lichte exotische hybrides zoals de Ferrari 296 GTB en McLaren Artura, maar onderscheidt zich door superieure dagelijkse bruikbaarheid, afwerking en comfort.