Van milieuvriendelijk icoon tot uitstootkampioen: de harde waarheid over plug-in hybrides

In dit artikel:

Transport & Environment (T&E) heeft onderzocht hoe plug-in hybrides (PHEV) zich in de praktijk gedragen en concludeert dat deze auto’s veel meer CO₂ uitstoten dan hun officiële cijfers suggereren. Op basis van data van 127.000 PHEV’s die in 2023 in Europa reden, komt T&E uit op een gemiddelde praktijkuitstoot van 139 gram CO₂ per kilometer; de officiële testwaarde bedraagt slechts 28 g/km — bijna vijf keer verschil. In 2021 lag die kloof nog op ongeveer 3,5 keer, wat aangeeft dat de discrepantie toeneemt.

De belangrijkste oorzaken zijn gedrag en techniek: veel bestuurders laden zelden op, waardoor de verbrandingsmotor vaak de dienst uitmaakt, en de extra massa van accu’s en elektrische componenten zorgt voor hoger verbruik, vooral bij snelwegkilometers. De huidige labotests houden onvoldoende rekening met deze realistische rijomstandigheden.

In Nederland rijden tienduizenden PHEV’s, veelal als zakelijke leaseauto’s die profiteren van lage bijtelling en een groen imago. Omdat de beloofde lage uitstoot vaak niet wordt waargemaakt, kan dat klimaatdoelen ondermijnen en leidt het tot beleidsaanpassingen. De EU wil fabrikanten vanaf 2025/2027 verplichten bij emissieberekeningen mee te rekenen met het werkelijk elektrisch gereden aandeel, waardoor fiscale voordelen en milieulabels voor slecht opgeladen PHEV’s kunnen vervallen.

Kortom: een plug-in hybride is alleen echt schoner als hij consequent wordt opgeladen en voor veel korte ritten wordt gebruikt. Voor wie duurzaam wil rijden biedt een volledig elektrische auto op de lange termijn de betrouwbaardere CO₂-winst.