Verwarrende naam, goede auto: test Toyota C-HR+
In dit artikel:
Toyota breidt zijn elektrische aanbod uit met de C‑HR+, een compactere, technisch verwante afgeleide van de BZ4X die vanaf maart 2026 in Nederland leverbaar is. Het model deelt het E‑TNGA-platform met de BZ4X maar heeft een kortere wielbasis (2,75 m) en een lengte van 4,52 m, waardoor Toyota het in het C‑segment positioneert — onder de BZ4X maar boven de door Suzuki gebouwde Urban Cruiser. De introductie is ook strategisch: Toyota ziet in Europa zijn marktaandeel onder druk staan nu hybrides mogelijk hun groei hebben uitgewerkt.
De C‑HR+ komt in twee batterijvarianten (NMC): een kleinere en een grotere accu. Volgens WLTP‑cijfers varieert het bereik grofweg tussen de middellange en zeer ruime waarden; de uitvoering met meer vermogen en vierwielaandrijving levert flinke prestaties (343 pk, 0–100 km/u in 5,2 s) maar heeft in praktijk een lagere actieradius dan de theoretische topwaarde. De instapversie heeft ongeveer 167 pk en voorwielaandrijving; een tussenvariant levert circa 224 pk. Laden kan AC met maximaal 11 kW (22 kW op de Executive) en DC tot 150 kW, waardoor 10–80% binnen ongeveer een half uur mogelijk is. Toyota kiest nog niet voor een 800‑voltarchitectuur en belooft uitgebreide garanties: 10 jaar op de auto (of 200.000 km) en een uitzonderlijk lange accu‑garantie, mits jaarlijkse dealercontrole en beperkte accudegeneratie.
Interieur en comfort volgen de BZ4X‑lijn: degelijke materialen, verzorgde afwerking en een sober dashboard. Tegelijk zijn er praktische minpunten: het digitale instrumentarium is bij de relatief hoge zit lastig afleesbaar (waardoor men laag moet zitten), de achterbankzitting ligt laag en de voetenruimte is beperkt door het accupakket. Hoofd‑ en beenruimte zijn verder ruim genoeg; de bagageruimte is met circa 416 liter echter kleiner dan die van directe concurrenten en er is geen frunk. Het multimediasysteem werkt maar voelt traag en minder eigentijds dan systemen van sommige rivalen; het scherm zelf is 14 inch en oogt modern. De First Edition-uitvoering biedt onder meer warmtepomp, stoel‑ en stuurverwarming en batterijvoorverwarming.
Rijtechnisch verrast de C‑HR+ positief: ondanks een massa rond 1.900–2.000 kg is het rijgedrag levendig dankzij een laag zwaartepunt en strak afgestemde vering en demping. De besturing geeft goede feedback en de auto blijft betrokken in bochten, al blijken hobbels en drempels lastiger te absorberen. De cabine is stil, maar EU‑waarschuwingen en geluidssignalen kunnen storend aanwezig zijn. Regeneratie is instelbaar in vier standen; een one‑pedal‑modus ontbreekt.
Prijsstelling maakt Toyota pas later definitief, maar indicaties noemen een startprijs rond €38.000 tot ongeveer €44.000, iets onder de BZ4X‑basis. Conclusie: de C‑HR+ levert vertrouwde Toyota‑degelijkheid, een aantrekkelijk garantiepakket en degelijk rijdende eigenschappen in een druk segment. Belangrijke verbeterpunten blijven de zitpositie, het infotainment en het beperkte bagagevolume — factoren die in een concurrerende C‑segment markt zwaar kunnen wegen.