Volvo schrapt 3.000 banen

In dit artikel:

Volvo kondigt een ingrijpende sanering aan binnen het kader van een eerder aangekondigd kostenbesparingsprogramma, waarbij ongeveer 3.000 banen verdwijnen, goed voor circa 15 procent van het wereldwijde personeelsbestand. De meeste ontslagen zullen plaatsvinden op het hoofdkantoor in Zweden, terwijl de exacte verdeling per regio nog wordt vastgesteld. Volgens topman Håkan Samuelsson is deze moeilijke maatregel noodzakelijk om het bedrijf sterker en veerkrachtiger te maken te midden van uitdagende omstandigheden in de auto-industrie.

Het kostenbesparingsprogramma beoogt ruim 1,6 miljard euro te besparen en is mede ingegeven door de gevolgen van Amerikaanse importheffingen die de productie en verkoop in de VS bemoeilijken. Deze heffingen, waarvan een verhoging op 1 juni was aangekondigd maar recent werd uitgesteld naar begin juli, verhogen de importkosten aanzienlijk, met name voor modellen als de EX30. Deze elektrische auto werd oorspronkelijk alleen in China geproduceerd, maar vanwege eerdere importtarieven stelde Volvo de Amerikaanse marktintroductie uit totdat de productie in Gent (België) van start ging. Deze verschuiving verhoogde echter de kostprijs en daarmee ook de verkoopprijs in de VS van ongeveer 35.000 naar 46.000 dollar.

Samuelsson waarschuwt dat verdere kostenstijgingen niet volledig door Volvo kunnen worden opgevangen en dat consumenten die extra kosten waarschijnlijk zullen betalen. De Amerikaanse markt is belangrijk voor Volvo, met 16 procent van de wereldwijde afzet, vooral middels import uit Europa. Tegelijkertijd plant het merk een uitbreiding van de productie in Charleston, South Carolina, onder andere met een nieuwe middelgrote plug-in hybride, vermoedelijk de EX70, aanvankelijk bedoeld voor China.

Naast handelsspanningen kampt Volvo ook met een dalende vraag naar elektrische voertuigen, waarbij de belangstelling voor de nieuwe EX90 tegenvalt. Toch blijft Samuelsson voorzichtig optimistisch over een mogelijke handelsdeal tussen de VS en de Europese Unie, omdat het in het belang is van beide partijen om de handelsrelatie intact te houden.