Zo bizar hard zijn verkeersboetes gestegen
In dit artikel:
In Nederland zijn verkeersboetes het afgelopen decennium flink duurder geworden, zo blijkt uit een analyse van Autoverzekering.nl. Vergelijking van 2017 met 2026 laat zien dat sommige sancties bijna verdubbeld zijn en veel snelheidsovertredingen tientallen procenten in prijs zijn gestegen — veel meer dan een normale inflatiecorrectie.
Voorbeelden: bellen of appen achter het stuur steeg van €230 (2017) naar €440 (2026). Het vervoeren van een kind zonder verplicht kinderzitje en onnodig links rijden gingen beide van €140 naar €280 (+100%). Ook ogenschijnlijk lichte overtredingen zoals foutparkeren of onterecht rijden in een milieuzone zijn in sommige gevallen ruim 44% duurder geworden.
De grootste prijsstijging begon vanaf 2021; tussen 2017 en 2020 waren aanpassingen relatief beperkt. Vanaf 2021 werden er jaar na jaar forse verhogingen doorgevoerd, waardoor Nederland nu tot de landen met de hoogste verkeersboetes in West-Europa behoort.
Hardrijders voelen het het meest: 30 km/u te hard binnen de bebouwde kom kost in 2026 €446 (was €322 in 2017, +38%). Zelfs kleine overschrijdingen op de snelweg — 5 km/u te hard — gingen van €26 naar €34 (+31%). De procentuele verhogingen zijn vergelijkbaar binnen en buiten de bebouwde kom (ongeveer 35–39%), wat wijst op een doelbewust, brede beleidslijn tegen snelheidsovertredingen.
Officieel rechtvaardigt de overheid de verhogingen met verkeersveiligheid: risicogedrag moet ontmoedigd worden. Tegelijkertijd tonen de Miljoenennota’s van 2024 en 2025 dat opbrengsten uit boetes structureel zijn ingepland als inkomsten voor de schatkist. Dat roept de vraag op hoe te wegen tussen verkeersveiligheid en het gebruik van boetes als financieel instrument — vooral voor mensen die door een kleine, mogelijk onopzettelijke overtreding disproportioneel hard worden geraakt.